Temperatuur beïnvloedt de smaak en geur van de wijn. Bij de juiste temperatuur zijn de aroma’s, zuur, zoet en het alcoholpercentage in balans. Is de wijn te warm, dan verliest hij zijn fruitigheid en komt vooral de alcohol sterker over. Bij te koude wijn gebeurt het tegenovergestelde: Je ruikt dan minder en in de smaak overheerst het zuur.

Ideale serveertemperaturen van wijn
• Frisse, zeer fruitige witte wijnen: 8-10 graden (3 uur koelen)
• Volle, aromatische witte wijnen: 10-12 graden (1,5 tot 2 uur koelen of een half uurtje van tevoren uit de koelkast)
• Fruitige rode wijnen: 14-16 graden (ongeveer 30 minuten koelen)
• Krachtige, volle wijnen: 18 graden (ongeveer 15 minuten koelen)

Ja ook rode wijn kun je gekoeld drinken...
Dit lijkt misschien raar, maar toch kan het de smaak van je wijn nog beter maken. Onze gemiddelde kamertemperatuur van 21 graden haalt namelijk vooral de alcohol in de wijn naar boven. Vandaar dat het koelen van rode wijnen, de wijn beter doet smaken. Probeer het maar eens!